Ofwel: hoe meer organisaties of partners, hoe minder gaten. In Sint-Kruis bewijst een groep geëngageerde organisaties, waaronder Oranje, dat buurtgericht samenwerken geen loos begrip hoeft te zijn. Onder het motto “hoe meer net, hoe minder mazen” bouwen we samen aan een hechte, inclusieve buurt.

We gingen in gesprek met Lies Vernieuwe van Mintus, Leen Verlé van Curando en ontmoetingsplek De Torre, Marie Devisscher van Oranje en Lies Vandenbroele van de bibliotheek van Brugge.
Minimale energie, maximale meerwaarde
Elke eerste dinsdag van de maand organiseren de partners een koffiemoment centraal in de buurt, op het plein aan de kerk. Wat begon met een paar nieuwsgierige buren, is intussen uitgegroeid tot een warm ontmoetingsmoment waar buren elkaar leren kennen, verhalen delen en spontaan hulp aanbieden. Een oudere man die zijn vrouw verloor en zich eenzaam voelde, vond er zijn weg terug naar verbinding. “Dankjewel om aandacht te hebben voor mij vandaag,” zei hij na zijn eerste tas koffie. Zulke kleine ontmoetingen maken het verschil.
“Zulke ontmoetingen maken het verschil.”
De buitenspeeldag is een ander succesverhaal. In samenwerking met Ouderbruggen, het speelhuis, de jeugddienst en Zorgzaam Sint-Kruis kwamen er meer dan 120 kinderen en hun families samen. Jong en oud, spelend en babbelend. Een prachtig voorbeeld van wat er kan ontstaan met een gedeelde inzet. “Doordat we dit met zoveel partners kunnen dragen, kostte dit amper energie,” klinkt het unaniem.
Een gedeelde visie
Wat deze samenwerking zo krachtig maakt, is de gedeelde visie: niemand blijft op zijn eiland zitten. “We verkiezen een open houding waarin onze samenwerking primeert in functie van de buurt.” Doordat de organisaties elkaar goed kennen, kunnen ze makkelijk doorverwijzen. Iemand die bij de bib langskomt voor een babbel en misschien meer hulp nodig heeft, kan bijvoorbeeld in de richting van O’zon gewezen worden. Andersom vinden cliënten van O’zon hun weg naar warme maaltijden of activiteiten bij Curando. “Je kan alleen maar goed doorverwijzen als je weet wat er leeft,” klinkt het terecht.
“Je kan alleen maar goed doorverwijzen als je weet wat er leeft.”
Daarnaast groeit de samenwerking verder met een troostwandeling, een kunstproject, een netwerkevenement en concrete hulp. Niet alleen voor, maar ook door de buurt. Het ideaalbeeld is dat bewoners zelf de trekkers worden van initiatieven. Hoewel dat tijd vraagt, zijn de eerste signalen van engagement duidelijk voelbaar.
Plekken waar mensen gewoon kunnen ‘zijn’
Ook het belang van zogenaamde ‘’third places’’ – laagdrempelige ontmoetingsplekken naast thuis en werk – komt vaak terug. De bib, het ontmoetingscentrum de Torre, buurtcentrum Sconevelde … plekken waar mensen gewoon kunnen ‘zijn’, zonder verwachtingen. Waar het netwerk groeit en de mazen kleiner worden.
Buurtgericht werken is geen project met een begin en een eind. Het is een manier van zijn. “We hebben allemaal onze eigen opdracht, maar komen elkaar voortdurend tegen in de buurt. Dankzij onze sociale kruispunten kunnen we met minimale inspanning een maximale impact realiseren.”
“Dankzij onze sociale kruispunten kunnen we met minimale inspanning een maximale impact realiseren.”
De oproep van de vier dames is dan ook helder: “Doen! Het hoeft niet meteen perfect te zijn. Maar samen bereik je altijd meer dan alleen.”